Artisjokken met vinaigrette

Ik heb getwijfeld of dit receptje hier een plaats verdiende, omdat het niet per se Belgisch van origine is. Maar ik kon het niet weerstaan... Ik heb artisjokken dan ook leren eten bij mijn schoonouders. Mijn lief zijn ogen schieten hartjes als hij over het eten van zijn mama vertelt, en meestal (ook hier) heeft hij absoluut gelijk. Mijn eerste artisjokblaadjes zoog ik onwennig uit, maar ik was snel verkocht. Later in 'Komen eten' was er een meisje dat ook artisjokken als teasertje serveerde, waarop de oudere kandidaten verrast reageerden dat ze blij waren dat de jeugd dat ook nog klaarmaakte. Toen gingen mijn oren flapperen... Misschien toch meer een (vergeten) Belgische klassieker dan ik dacht?
Toen mijn lief voor het eerst met een artisjok aan kwam lopen en de vraag of ik die eens wou klaarmaken, zonk mijn zelfvertrouwen diep. Maar no worries... eigenlijk is het supersimpel.

Als voorafje voor 4 personen:
- 2 grote groene artisjokken of 4 kleine paarse ('t lekkerste in de zomermaanden, maar nog op de markt te vinden tot eind oktober)
- een citroen
- zout

Voor de mosterd/kruidenvinaigrette:
- een sjalotje
- 2 theelepels scherpe mosterd
- 3 eetlepels witte wijnazijn
- 3 eetlepels warm water
- 6 eetlepels olijfolie
- 2 eetlepels verse, zachte kruiden (zoals bieslook, bladpeterselie, dragon, basilicum en/of oregano)

Knip de blaadjes van de artisjokken eventueel een beetje bij. (Dit is vooral voor de looks en verandert niets aan de smaak, dus dit is een stap die ik oversla.) Snij de stengel van de artisjokken. Verwijder ook de harde, buitenste bladeren onderaan.
Spoel de artisjokken onder koud stromend water. Wrijf de bodem (waar je de stengel afsneed) in met de citroen tegen het verkleuren.
Vul een grote pot met water en breng aan de kook. Voeg ook een beetje zout en citroensap toe. Laat de artisjokken, afgedekt, ongeveer 25 minuten koken. (De kooktijd hangt af van de grootte van de artisjokken. Hoe groter de artisjokken, hoe langer ze moeten koken. Als je de onderste blaadjes makkelijk kan lostrekken, zijn ze klaar.) Ondertussen kan je de vinaigrette maken.
Pel het sjalotje en snipper het fijn. Snij ineens ook de verse kruiden fijn. Roer de mosterd los in de azijn en het water. Leng, in een straaltje, aan met de olijfolie. Roer alles mooi glad. Doe er tenslotte het sjalotje en de tuinkruiden bij en kruid bij met een beetje peper en zout.
Spoel de artisjokken  nog eens af onder koud stromend water (om de garing te stoppen). Laat ze ondersteboven uitlekken en drogen in een vergiet.
Serveer de artisjokken met de mosterd/kruidenvinaigrette. Pluk de blaadjes één voor één los. Doop het vlezige einde in de vinaigrette en schraap met je tanden het onderste, vlezige gedeelte van de schub. Eet verder tot er geen blaadjes meer overblijven. (De buitenste blaadjes zijn nog vrij taai, maar de smaak van de binnenste gele blaadjes is veel fijner.)
Verwijder met een lepel of mes het oneetbare, pluizige hooi. Zo leg je de artisjokbodem (of het artisjokhart) bloot (voor veel mensen het lekkerste deel van de artisjok). Snij het artisjokhart in stukjes en doop ook in de vinaigrette. Je kan de artisjokken ook met een kant-en-klare vinaigrette, mayonaise of gesmolten boter serveren. Allemaal even lekker!