2013/10/12

Rijstpap

Rijstpap moet wel het meest gegeten dessert in België zijn. Er cirkelen dan ook veel recepten rond. De meest voorkomende smaakmakers zijn een vanillestokje (of vanillesuiker) en saffraan, soms ook kaneel (in de winter mijn instant pleaser). Rijstpap kan wel of niet gebonden worden met dooiers, soms worden er ook nog room of opgeklopte eiwitten onder geklopt, maar elk recept vraagt wel om een lange (!) bereidingstijd.

Rijstpap Voor 4 personen:
- 1,5 liter volle melk (verkleint de kans op aanbakken)
- 100 gram rondkorrelige rijst
- een vanillestokje
- enkele saffraandraadjes
- eventueel een kaneelstokje
- 100 gram (kristal of riet)suiker
- 4 grote eierdooiers, losgeklopt

Breng in een grote pot de melk met enkele saffraandraadjes of het kaneelstokje aan de kook. Snijd de vanillepeul in twee en doe de zaadjes en de peul ook bij de melk. Als de melk kookt, voeg je de rijst toe. Draai het vuur lager en laat 45-60 minuten pruttelen. Roer af en toe met een houten lepel om aanbakken te voorkomen (vooral tegen het einde toe moet je daarvoor oppassen). Je zal merken dat de melk en de rijst beginnen te binden. Er moet nog een beetje vocht in de pot overblijven. Roer de suiker erdoor en houd de rijst nog 5-10 minuten op het vuur. Gooi de vanillepeul en/of het kaneelstokje weg. Roer de dooiers in een kommetje door een paar eetlepels melk uit de pan en doe dit mengsel dan weer - een paar tellen flink roerend - bij de inhoud van de pan. Het moet een romig geheel worden. Breng het niet meer aan de kook, want dan gaat het schiften. Haal de pot van het vuur en schep de rijstpap in 1 grote of 4 kleine kommetjes. Eet warm, koud of op kamertemperatuur; traditioneel met bruine suiker, maar (volgens mij) het lekkerst met (een opgewarmd overschotje) kriekjes.

2 opmerkingen: