
- 800 gram Brusselse boterspruitjes (kies de kleinste die je te pakken kunt krijgen)
- 200 gram gerookt spek, in dikke reepjes gesneden (zonder spekzwoerd of kraakbeen)
- bakboter
- peper, zout, nootmuskaat
Maak de spruitjes schoon, door eventueel de buitenste blaadjes eraf te halen (als ze lelijk of vergeeld zijn) en de onderkant (het meest bittere deel) een beetje bij te snijden. Kerf ook een kruisje in de onderkant van elke spruitje, zo worden ze sneller gaar. Kook ze gaar in gezouten water tot ze mals genoeg zijn - reken een kwartier, misschien langer als het grote spruitjes zijn. Spoel nadien meteen af onder koud water.
Terwijl de spruitjes koken, bak je het spek krokant, voeg eventueel een beetje boter toe. Als de spruitjes klaar zijn, hussel je ze nog even door het spek. Bijkruiden doe je met peper, een beetje zout en nootmuskaat.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten